De voornaamste bijwerkingen zijn erectiestoornissen bij finasteride en orthostatische hypotensie, duizeligheid bij de alfablokkers. Wij structureren medische informatie voor artsen. PSA probleem’. Parsons JK, Carter HB, Partin AW, Windham BG, Metter EJ, Ferrucci L, et al. 6 In de internationale literatuur wordt de term lower urinary tract symptoms (LUTS) gebruikt, waarmee alle mictieklachten bedoeld worden, ongeacht de oorzaak. Veelvuldig wordt aan deze term nog steeds ‘suggestive for BPH’ toegevoegd, waaruit duidelijk wordt dat onderzoekers en urologen de prostaatverklaring nog niet hebben losgelaten. Nederlandse Vereniging voor Urologie. Jones R, Charlton J, Latinovic R, Gulliford MC. In een beschrijvend onderzoek onder 6074 mannen bleek dat de kans op succesvolle poging zonder katheter groter was bij het gebruik van een alfablokker en kleiner bij mannen ouder dan 70 jaar, met een prostaatvolume groter dan 50 ml en een retentievolume groter dan 1000 ml. Desmopressin in the treatment of nocturia: a double-blind, placebo-controlled study. Veel patiënten maken overigens deze nuancering niet en associëren een verhoogd PSA met het hebben van prostaatkanker. J Urol 1995;154:1770-4. : Brouwers JRBJ. Het PSA is namelijk ook verhoogd bij een ontsteking van de prostaat (prostatitis) en bij goedaardige aandoening van de prostaat (benigne prostaat hypertrofie, en BPH). The management of lower urinary tract symptoms in men. 17 De PSA-waarde correleert met het volume van de prostaat en neemt langzaam toe met de leeftijd. Daarin kregen 56 patiënten (47 mannen en 9 vrouwen) met nycturie een leefstijlprogramma aangeboden, bestaande uit verminderde vochtinname, toename lichamelijke activiteiten en het warm houden in bed. Deze receptoren zijn betrokken bij cognitieve processen. Nota bene, om de morfologie vast te kunnen stellen, moet een verse urine worden onderzocht. De werkgroep is tot consensus gekomen dat er, uitgaande van het gunstige natuurlijk beloop van mictieklachten, geen reden is om standaard vervolgafspraken te maken bij mannen met milde klachten die niet actief behandeld worden. Verwijs ook wanneer katheterisatie niet lukt (bijvoorbeeld door een aanwezige strictuur). Uit deze review zijn de onderzoeken geselecteerd waarin alfablokkerbehandeling met anticholinergica werd vergeleken met alfablokkerbehandeling met placebo. Eur Urol 2001;40 Suppl 1:9-12. Efficacy of desmopressin (Minirin) in the treatment of nocturia: a double-blind placebo-controlled study in women. anatomische afwijkingen (zoals hypospadie en fimose). Desmopressin orally disintegrating tablet effectively reduces nocturia: results of a randomized, double-blind, placebo-controlled trial. 13 De aanpassingen zijn gebaseerd op de NHG-Standaard Mictieklachten bij mannen uit 2014. Hoe vaak had u de afgelopen maand het gevoel dat uw blaas nog niet helemaal leeg was nadat u geplast had? Mede door de hoge prevalentie van prostaatcarcinoom verzoeken veel mannen hen hierop te controleren. Er zijn geen relevante etnische verschillen bekend in de prevalentie van mictieklachten (zie Details). 143. Wanneer de patiënt tijdens het 1e consult al voldoende geïnformeerd is over de mictieklacht en geen actieve behandeling wordt aangeraden, kunnen vragenlijst en/of plasdagboek achterwege worden gelaten. De gegevens uit onderzoeken naar de effectiviteit van anticholinergica bij vrouwen worden dan ook gebruikt bij de formulering van deze aanbeveling. Al met al is er onvoldoende bewijs in de literatuur om een goed onderbouwd advies te geven over de duur van de katheterbehandeling bij mannen met bemoeilijkte mictie en acute urineretentie. In de review werd de nachtelijke mictiefrequentie vergeleken tussen placebo en actieve behandeling op het eindpunt van de studies: desmopressinegebruikers hadden 0,78 nachtelijke micties minder dan placebogebruikers. 160, Pijnlijke of branderige frequente mictie, positieve nitriettest, afwijkend urinesediment, positieve dipslide of kweek (zie NHG-Standaard Urineweginfecties), Pijnlijk, branderig of geïrriteerd gevoel in de urethra met afscheiding en leukocyturie (zie NHG-Standaard Het soa-consult), Mictieklachten bij een lokaal trauma, (diagnostische of therapeutische) urologische ingreep of doorgemaakte urethritis in de voorgeschiedenis, lichen sclerosus, of progressieve obstructieve klachten bij jongere mannen (zie Details), Bij progressieve klachten van pijnlijke en langzame mictie, slappe straal, nadruppelen en het gevoel niet goed uit te plassen, moet gedacht worden aan een urethrastrictuur. 123 acute prostatitis: snel ontstane klachten, perineale pijn, koorts en/of koude rillingen; urineweginfectie: mictieklachten, positieve nitriettest, dipslide, kweek of met afwijkend sediment; urethrastrictuur: mictieklachten bij lokaal trauma, urologische ingreep of urethritis in voorgeschiedenis; acute urineretentie: onvermogen tot spontaan plassen ondanks aandrang en meerdere pogingen binnen enkele uren, bij een (pijnlijk) gevulde blaas en gedempte percussie; prostaatcarcinoom: prostaat met asymmetrische vorm, onregelmatige consistentie of harde nodus/noduli. 145 Eur Urol 1996a;30:409-13. Arch Intern Med 2006;166:2381-7. De belangrijkste reden daarvoor is de potentiële cognitieve achteruitgang van oudere patiënten, doordat anticholinergica de bloed-hersenbarrière kunnen passeren en aangrijpen op muscarinereceptoren. 115 De prevalentie van incontinentie in de algemene populatie varieert bij oudere mannen tussen 11% en 34% en bij mannen van middelbare leeftijd of jonger tussen 3% en 5% (zie Details). In de NVU-richtlijn Diagnostiek en behandeling LUTS/BPH wordt wel geadviseerd het serum creatininegehalte te bepalen bij de initiële diagnostiek. Voorschrijvers moeten wel zeer alert zijn op bijwerkingen, waaronder verwardheid. Je kunt het vergelijken met spanningshoofdpijn. PSA-bepaling heeft een zeer beperkt nut, omdat bij een verhoogde PSA-waarde de diagnose niet zeker is en een normale waarde prostaatcarcinoom niet uitsluit. Prostaat.nl. Dus 63% wordt dan ten onrechte doorgestuurd, niet 80%. Een waarde van 1,0 mU/liter zou je normaal verwachten bij mensen van 60 à 70 jaar. Bijwerking als reden voor het staken betrof 0 tot 21% en 0 tot 12%. De bewijskracht voor de werkzaamheid van anticholinergica als toevoeging aan alfablokkerbehandeling is zwak, vanwege het beperkt aantal onderzoeken. 141 De werkgroep is tot consensus gekomen dat na twee weken het gebruik moet worden geëvalueerd met de patiënt.